Onlangs bleek dat de bewoners van de Beverwaard last hebben van hoge waterstanden in hun kruipkelders. Dit met alle gevolgen van dien voor hun inboedel, van beschimmelde muren tot en met gezondheidsklachten. De Beverwaardigheden dook in de wereld van waterstanden in de kruipkelders, en wie er nu eigenlijk verantwoordelijk is om het probleem op te lossen.
Na wat rond mailen kwam het antwoordt van het waterloket Rotterdam, en die liet het volgende weten per mail. De gemeente heeft inderdaad een zorgplicht voor het grondwater, maar deze houdt niet in dat de gemeente kruipruimtes van woningen droog moet houden. Woningeigenaren (en dat kunnen dus inderdaad ook corporaties zijn), zijn in eerste instantie zelf verantwoordelijk voor het water onder of in hun woningen. Onderdeel van de gemeentelijke zorgplicht is dat de gemeente de grondwaterstanden controleert met behulp van een meetnet van peilbuizen. De resultaten van deze metingen zijn openbaar toegankelijk via: http://www.rotterdam.nl/grondwatermeetnet_online
De gemeente hanteert als uitgangspunt dat het singelpeil maatgevend is voor de grondwaterstand. Echter in gebieden met slecht doorlatende bodems, zoals Beverwaard, is vaak sprake van op-bolling van de grondwaterstand. Het grondwater kan niet zo makkelijk naar de singels afstromen. Het water verzamelt zich dan vaak in lager gelegen open ruimtes, zoals kruipruimtes van woningen. Een vervelend probleem, waarvoor met name maatregelen op particulier terrein (ophogen van kruipruimtes, waterdicht maken van vloeren/muren, aanleg drainage) zijn aangewezen, aldus volgens het waterloket in Rotterdam.
De bewoners van de Beverwaard weten dus nu waar zij moeten aankloppen bij het aantreffen van hoge waterstanden in hun kruipkelder, maar de overige woningeigenaren moeten zelf zorg dragen voor het afvoer van te veel water in de kruipkelder. Misschien is het overwegen waard door de gemeente om de zorgplicht uit te breiden door middel van meer bomen te planten op plaatsen waar dit kan in de Beverwaard. Bomen nemen namelijk veel water op, en kan dus bijdrage aan droge kruipkelders.